Elk jaar stappen 150.000 kinderen van
een voorschoolse voorziening over naar het basisonderwijs. Een mijlpaal in een
kinderleven, daarom zorgen kinderopvangorganisaties met een warme overdracht dat
elk kind een goede start krijgt op de basisschool. Ook (scheidend) minister
Asscher benadrukt dat het belangrijk is dat de informatie en kennis over de
ontwikkeling van het individuele kind niet verloren gaat. Dankzij de
ontwikkeling van integrale kindcentra, waarbinnen alle pedagogisch
professionals nauw samenwerken, wordt dit in de toekomst alleen nog maar beter.
Opvallend is dat de overstap naar het voorgezet onderwijs volstrekt anders gebeurt. Is die stap niet nét zo groot en is het niet nét zo belangrijk dat ook dit soepel en informatief gebeurt?
Mijn oudste dochter Frederique gaat
volgend jaar naar ‘de middelbare’. Haar dreumes-, peuter-, kleuter- en
basisschooltijd heeft ze in hetzelfde schoolgebouw doorgebracht, aangevuld met
gastouderopvang aan huis, kinderopvang en later buitenschoolse opvang. Een
veilige, vertrouwde omgeving waarin diverse professionals een waardevolle
bijdrage leverden aan haar ontwikkeling. Frederique voelde zich daar prettig
bij en wij als ouders waren goed geïnformeerd.
Daar komt nu een eind aan. Alle
voorzieningen, overdrachten en samenwerking zijn gereduceerd tot één
schooladvies, dat wordt gecommuniceerd naar de school die we momenteel aan het
selecteren zijn. Dat is best een ruwe overgang. Binnen de eerste educatiefase
wordt er behoorlijk samengewerkt en de overstap naar de basisschool was dan ook
probleemloos. Maar nu mijn dochter klaar is voor de tweede educatiefase is er slechts
een beperkte overdracht, waar de kinderopvang helemaal niet bij betrokken is. Jammer,
want ik denk dat de kinderopvang ook bij de keuze voor voortgezet onderwijs een
enorme toegevoegde waarde kan bieden.
Ik vraag me af: waarom praten we eigenlijk over een doorlopende (leer)lijn van nul tot dertien jaar en stoppen we daar? Waarom niet één lijn van nul tot achttien jaar?
Het lijkt zo logisch. Leerkrachten en bso-medewerkers
kennen het kind en weten waar de uitdagingen liggen. Heeft het moeite met het
zelfstandig maken van huiswerk of zijn er vakken waar extra aandacht voor nodig
is? Of raakt het kind snel verveeld en veroorzaakt daardoor onrust in de groep?
Een goede overdracht zou waardevol zijn, maar tot nog toe blijft dit liggen.
Is het tijd voor een baanbrekende vernieuwing: kinderopvang/educatie van nul tot achttien? Waarbij het kind de ruimte krijgt om zich te ontwikkelen in eigen tempo en op eigen wijze, goed ondersteund door deskundige professionals. Een nul-tot-achttien benadering waarbij kinderen zich gelukkiger voelen en ouders meepraten. Is het tijd voor een totaal nieuwe aanpak met enorme kansen voor de kinderopvang? Ik hoor graag uw reacties.